Werkconferentie Paris Proof: stappenplan kan niet zonder data

De termen ‘data’ en de ‘split incentive’ zweefden donderdag boven ieder gesprek tijdens de Werkconferentie Paris Proof in het WTC Den Haag. DGBC liet samen met de themapartners van Paris Proof aan de hand van een stappenplan zien welke stappen organisaties kunnen nemen om Paris Proof te worden, maar gingen problemen en uitdagingen niet uit de weg. Uitkomst: veel bezoekers zien in data de sleutel om de verduurzaming te versnellen, maar de split incentive wordt nog als een grote barrière gezien.

Stap 1 – Data is de oplossing

De eerste stap van het stappenplan is het inventariseren van de portefeuille. Om te verduurzamen moet je eerst weten wat de huidige staat van je gebouw is. Arjan Bunnik van Vattenfall ging daarover in gesprek met de bezoekers. Daaruit bleek al snel dat het inzichtelijk maken van het energieverbruik lastig is. Ook grote organisaties hebben moeite met het krijgen van inzicht in onder andere hun energieverbruik. Daarnaast hebben veel organisaties moeite om de energiedata van hun klanten boven tafel te krijgen. Dat geldt voor zowel woningen als commercieel vastgoed. Erik Steen van Strukton is er echter van overtuigd dat de eerste stap toch echt het verzamelen van data is: “Werken met data is een oplossing om te beginnen met verduurzaming.”

Stap 2 – Meer uniformiteit in tools

Daar haakte Eke Schins Derksen van Arcadis op in aan de tweede tafel. Daar werd de vraag gesteld wat een gebouwanalysetool precies moet doen om te inzicht te verschaffen? ‘Want hoe weet je nu welke maatregelen je moet nemen?’, wordt aan de tafel gevraagd. De oplossing ligt bij de tools. Alleen zijn er nu te veel tools, er zou ‘één tooltaal’ moeten zijn met duidelijke oplossingen. “Iedereen start nu met zonnepanelen”, zegt Ruben van Brenk van de gemeente Utrecht, “maar is dat wel de eerste stap die je moet nemen?” Voor maatwerk is inzicht belangrijk, de ene gebruiker is de andere niet: hoe wordt het gebouw gebruikt en kan dat niet slimmer? Dat was de kern van de discussie aan de tafel van Robert Schellekens (Bouwinvest) waar veel installateurs aanschoven. 

Stap 3 - Pakketjes maken

Dat was juist het onderwerp dat aan de derde tafel ter sprake kwam. Daar werd namelijk gesproken over het verduurzamingsplan. Philip Blaauw van INNAX en voorzitter werkgroep Zorg vatte de gesprekken samen: “Een verduurzamingsplan bestaat uit drie delen: quick wins, onderhoudsinvesteringen en grote investeringen. De verduurzaming moet op gang komen door kleine no-regretmaatregelen en grote, duurdere investeringen in pakketjes samen te voegen.” Dat maakt volgens hem de financiële onderbouwing makkelijker. “Zo start de verduurzamingswals en als het eenmaal in beweging is, plaveit de wals het pad naar Parijs.” Dagvoorzitter Thomas Leenders (Signify) vult aan: “Dat is ook belangrijk voor een goede businesscase, die nu nog te weinig worden gemaakt.”

Stap 4 - Taxeren

Een goede businesscase is een vraagstuk dat aan de volgende tafel goede en scherpe gesprekken opleverde. Onder leiding van Hein Wegdam van ING REF werd er gesproken over financieringsmodellen en -mogelijkheden om de verduurzaming mogelijk te maken en zelfs te versnellen. Diensten en producten leveren as-a-service blijkt financieel lastig net als de split incentive die de verduurzaming vertraagd. Maar als het gesprek over de waarde van verduurzaming komt, ontstaat een opening. Wegdam vertelt over het initiatief van ING REF en tien grote Nederlandse taxateurs: “We gaan duurzame indicatoren vastleggen, gelijktrekken en op die manier taxeren. Zo krijgt verduurzaming een waarde.” Alle gespreksleden zijn het erover eens dat daar de opening ligt om verduurzaming beter te financieren.

Stap 5 – Voorbeelden nodig

Als de portefeuille is geïnventariseerd, een gebouwanalyse is gemaakt, een verduurzamingsplan is opgesteld en de financiën op orde zijn, gaan alle seinen op groen om de verduurzaming te realiseren. Maar dan is het werk nog niet klaar bleek uit het gesprek dat Arnaud van Beek (Unica) en Wouter de Wolf (Signify) met bezoekers voerden. De Wolf bracht daar een eigen praktijkervaring in. “Ledverlichting loopt nu wel, dat is bewezen. We kunnen nu zelfs aan circulair denken.” Maar veel bezoekers ervaren nog moeilijkheden, de split incentive hangt als een roze olifant boven het gesprek. Gert-Jan Jonker van Herman de Groot Ingenieurs is van mening dat er voorbeeldprojecten nodig zijn. “En dat die voorbeelden informatie delen op kostenniveau.” Daarmee legt hij een link met het monitoren van de resultaten dat aan de zesde tafel werd besproken.

Stap 6 – Terug naar data

Tot slot de zesde en laatste stap. Na oplevering van de verduurzaming, moeten de resultaten wel gemonitord worden. Maar is dit nu de laatste of de eerste stap? Die vraag kwam meerdere keren op tafel. Joop van der Voort van Innax zat deze tafel voor, hij had een duidelijke slotconclusie. Iedereen was het er allemaal over eens dat monitoring niet pas naderhand moet worden ingezet, maar al vanaf de eerste fase in het stappenplan in alle sectoren een integraal onderdeel moet zijn van de verduurzaming. Als je niet weet wat het werkelijke verbruik op de meter is (gas en elektra) kun je moeilijk verduurzamen en de juiste energiebesparende maatregelen voorstellen. Wel blijft er een uitdaging: hoe krijg je iedereen zover dat data wordt gedeeld. Een eigenaar heeft er baat bij, maar een huurder ook? De tafelvoorzitter en gasten hopen dat de Informatieplicht de achterblijvers aanspoort en wakker schudt, maar niemand verwacht er heel veel van omdat handhaving bijna ondoenlijk is.

Deel data!

Het delen van data is een onderwerp dat de hele dag al terugkwam. Er wordt snel naar obstakels gekeken, zoals privacy. Maar ook de verantwoordelijkheid wie de data inzichtelijk moet maken, is een lastig vraagstuk. Tijdens de opening van de dag kregen Eke Schins Derksen (Arcadis) en Anneke de Vries (Albert Heijn) het woord. Ook zij hamerden op data. De Vries is voorzitter van de werkgroep Retail. “Partijen zijn snel geneigd om naar elkaar te wijzen”, vertelt zij. “Maar laten we niet naar elkaar wijzen, laten we kijken naar hoe het wel kan.” De sleutel ligt, zoals vandaag al vaker is geopperd, bij data. De Vries doet dan ook een duidelijke oproep: “Deel data!”

Video

De dag begon met gastheer Robert Schellekens van Bouwinvest en Michiel Burggraaf van Engie die samen vertelden hoe data een rol speelt om de kantoren binnen het WTC Paris Proof te maken. Martin Mooij van DGBC gaf daarna een update, te beginnen met de video waarin uitgelegd wordt wat Paris Proof is en hoe het Deltaplan Duurzame Renovatie werkt. Ook duidde hij de ontwikkelingen rondom het Klimaatakkoord en hoe DGBC daarop inspeelt met routekaarten en stappenplannen.

 

Gerelateerd

Concrete oplossingen die jouw organisatie kunnen helpen om netcongestieproblemen te omzeilen

De uitdaging van netcongestie in de energietransitie: 5 tips voor jouw organisatie

Nederlands architectenbureau VenhoevenCS voor duurzame architectuur, stedenbouw en infrastructuur, heeft duurzaam Olympisch zwembad Parijs ontworpen

Duurzaam olympisch zwembad Parijs naar Nederlands ontwerp klaar voor de Spelen

Whitepaper helpt architecten vroeg in het bouwtraject duurzame keuzes te maken

Duurzame keuzes architecten doorslaggevend in het ontwerpproces