Contractvormen installatiebranche zijn veelal circulair, de invulling alleen nog niet

Voor installaties is de Product as a Service constructie de meest geschikte contractvorm voor meer circulariteit in de sector. Dat concludeert een groep installatie-experts in een sessie van Techniek Nederland, TVVL en DGBC, met als doel de transitie naar een circulaire installatiebranche te versnellen. Maar deze contractvorm vraagt nog wel om een circulaire invulling.

Eigenlijk is de as a service contractvorm al jarenlang gebruikelijk in de sector. Denk aan leasen en verhuren, met goede afspraken over onderhoud, dat is feitelijk al een Product as a Service avant la lettre. Gericht op duurzaamheid is deze vorm ook, want deze manier van producten leveren is erop gericht ze zo lang mogelijk mee te laten gaan.

Volop experimenten met businessmodellen en contracten

Maar welke invulling is dan nodig om ook circulariteit in de contractvorm te verweven? Dat is nog een hele opgave. Wel wordt er al volop mee geëxperimenteerd via pilots en met nieuwe businessmodellen. Zo heeft bijvoorbeeld het Rijksvastgoedbedrijf de afspraak gemaakt dat installaties worden teruggenomen en opnieuw worden ingezet nadat ze zijn opgeknapt door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Er zijn bedrijven die losse keukens leveren volgens het as a service principe. Verschillende fabrikanten en leveranciers van verwarmingsinstallaties hergebruiken de componenten van producten die aan het einde van hun levensduur zijn. Datzelfde gebeurt door een bedrijf in koelinstallaties. Verder vindt steeds meer urban mining plaats, waarin componenten uit de markt worden gehaald en opnieuw worden ingezet.

Meten is weten

Voor meer circulariteit in de contractvormen voor de installatiesector is het nodig om meer te weten over de installatie en de staat ervan. En meten is weten. Dat wil zeggen dat installaties standaard worden uitgerust met een carbon tracker die bijhoudt hoeveel de installatie daadwerkelijk gedraaid heeft. Dit kan in een contract worden opgenomen.

Regelgeving in aantocht

Ook regelgeving gaat helpen om circulariteit in contracten op te nemen. Vanuit Europa komt de right to repair verplichting eraan. Deze verplichting stimuleert circulariteit in de installatiesector en dus ook in de contracten die ervoor worden opgesteld. Gevaar is wel dat de verplichting mogelijk belemmerend werkt voor de innovatiekracht in de installatiebranche.

Vooruitgang kan belemmerend werken

De innovatie in de sector, en daarmee de snelheid van de ontwikkelingen, is meteen ook een grote uitdaging voor de contractvormen in de circulaire installatiebranche. Wat vandaag gemeengoed is, is mogelijk morgen (technisch) weer achterhaald. Hoe het voorbehoud van marktontwikkeling in een contract kan worden bestendigd, is vooralsnog een vraagteken.

Hoe financieren we dit?

Daaruit volgt de volgende uitdaging: hoe financieren we dit? Een financierende instantie wil het liefst alle risico’s in een contract afdichten. Maar wat als een product zich nog niet heeft bewezen? Of als een markt nog niet volwassen, voorspelbaar en stabiel is? Of wat als de restwaarde niet scherp kan worden bepaald, van het complete product of van de afzonderlijke onderdelen? De installatiebranche verwacht van financierende instellingen een offensievere houding. Datzelfde verwacht de sector van verzekeraars.

Stimulerende rol van de overheid

De overheid, als instantie, kan een koplopersrol vervullen bij uitvragen, door die met circulaire principes te doordrenken en zo in de markt te zetten. Dit stimuleert de installatiebranche om circulaire producten en diensten te ontwikkelen en te leveren. Wat helpt, zijn standaard formats voor circulaire contracten, inclusief de opties voor financieringsvormen en juridische haken en ogen. Kennisinstellingen en brancheorganisaties kunnen hier een rol in spelen door deze standaarden te ontwikkelen.

De sector beweegt naar standaardisatie

Producenten en leveranciers kunnen ook een bijdrage leveren aan circulariteit in contracten. Dat doen ze door te streven naar productstandaardisatie in de markt. Daardoor wordt de markt stabiel en voorspelbaar, waardoor ook contracten gemakkelijker zijn op te stellen.

Iedere ketenpartner heeft een rol

Feitelijk heeft iedere ketenpartner in de installatiebranche, van branchevereniging en overheid tot verzekeraar en bank, van installateur tot producent, een rol te spelen in het samenstellen van contracten, gestoeld op circulaire principes. Succesfactor is dat er goed wordt samengewerkt, in alliantie, waarin rollen, taken en verantwoordelijkheden goed zijn vastgelegd.

Over deze sessie

Deze expertsessie over circulaire contractvormen is een van de vier sessies die TVVL, Techniek Nederland en DGBC organiseren. De andere gaan over circulair ontwerpen, end-of-life en data. Doel van deze series is om tot een actie-agenda te komen die de installatiesector stimuleert richting circulariteit. Op 7 december tijdens de conferentie ‘Circulair bouwen aan morgen’ presenteren Techniek Nederland, TVVL en DGBC deze actie-agenda aan honderden bezoekers.

DGBC-partners

TVVL

Gerelateerd

Europees Parlement

EU geeft definitieve goedkeuring aan herziening verordening bouwproducten (CPR)

Whitepaper met alle informatie die je nodig hebt om data over je energiegebruik te verzamelen. 'Sturen op werkelijk energiegebruik' gidst bedrijven door datadoolhof

Waarom sturen op werkelijk energiegebruik en hoe doe je dat?

Building Life ambassadeur Sven ’t Hart is junior adviseur bij adviesbureau Merosch.

'CO2-gestuurd bouwen is nog een relatief onbekend onderwerp'