

In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen heeft Dutch Green Building Council (DGBC) verkiezingsprogramma’s verkend op het thema duurzaamheid in de gebouwde omgeving. “Wij blijven wonen, bouwen en klimaat aan elkaar verbinden”, stelt algemeen directeur Brigit Gerritse. “We staan voor grote opgaven. Om deze binnen de grenzen van het CO2-budget op te lossen, moet het beter benutten van de bestaande gebouwde omgeving ook in beleid vooropgesteld worden. De accenten die de verschillende politieke partijen hierop leggen verschillen sterk. Er valt dan ook echt wat te kiezen op woensdag 29 oktober.”
Ook in de zoektocht naar oplossingen voor de huidige wooncrisis houden we oog voor onze missie: het streven naar een toekomstbestendige gebouwde omgeving voor mens, klimaat en natuur. Daarom verkenden we de verkiezingsprogramma’s van de partijen die in de peilingen van begin oktober op minimaal 3 zetels stonden. Onze verkenning bouwt voort op de aanbevelingen voor toekomstbestendig wonen en bouwen die we in juli met alle politieke partijen deelden tijdens de totstandkoming van alle verkiezingsprogramma’s.
In onze verkenning gaan we verder door op de focuspunten van de eerdere aanbevelingen: ‘Snel en betaalbaar wonen: beter benutten’, ‘Energie’, ‘Klimaatweerbaarheid en ruimtelijke ordening’ en ‘Materialen’. Hoe behandelen de partijen verschillende onderliggende punten in hun verkiezingsprogramma’s? “Voor de kiezer die een toekomstbestendig gebouwde omgeving belangrijk vindt, loont het om onze verkenning grondig door te nemen. Ondanks het feit dat wij zien dat onze achterban grote stappen maakt in de verduurzaming, is consistent en ambitieus klimaatbeleid vanuit de overheid echt nodig”, aldus Gerritse.
“Met deze verkenning bieden we inzicht in relevante standpunten die de partijen opvoeren in hun verkiezingsprogramma. Hiermee ondersteunen we iedereen die belang hecht aan een duurzame en toekomstbestendige gebouwde omgeving in het maken van een weloverwogen keuze. We staan samen voor grote opgaven, dus er valt echt iets te kiezen als je eind deze maand in het stemhokje staat.”
De urgente woonopgave waar Nederland op dit moment voor staat is één van de hoofdthema’s van de aankomende verkiezingen. Daarom lichten we onze visie hierop graag verder toe.
Door de toenemende wachtlijsten en stijgende huizenprijzen wordt het voor velen steeds moeilijker om te verhuizen. Het valt op dat ‘bouwen, bouwen, bouwen’ nog steeds een dominante reflex is in de politiek: veel partijen blijven inzetten op grootschalige nieuwbouw, zowel binnen- als buitenstedelijk. Daarmee dreigen we de klimaatdoelen uit het oog te verliezen. Een hoge bouwproductie vergroot namelijk de materiaalvraag en de milieu-impact, en schuift het klimaatprobleem door naar volgende generaties.
“Het debat verdient een verschuiving: van bouwopgave naar woonopgave. Laten we eerst kijken naar ‘no-regret’ maatregelen die we direct uit kunnen voeren, zoals het beter benutten van de bestaande gebouwde omgeving”, aldus Gerritse. “Het is goed om te zien dat de meeste politieke partijen in hun verkiezingsprogramma’s hier aandacht aan besteden. Maatregelen als het transformeren van kantoren, het aanpakken van leegstand, splitsen, optoppen en het stimuleren van doorstroming krijgen steeds meer plek in het debat. Verschillende partijen willen ook de kostendelersnorm afschaffen. Dit sluit aan bij onze oproep om eerst te kijken naar wat er al is, voordat we nieuwe ruimte gaan bebouwen. De volgende stap is om hier concretere plannen voor te formuleren.”
Wat DGBC betreft is de ideale volgorde om eerst bestaande bebouwing slimmer te benutten (transformatie, splitsen, optoppen), dan binnenstedelijk te bouwen waar dat kan, en pas als het echt niet anders kan uit te breiden aan de randen van woonkernen. Zo houden we de CO₂-impact van de woonopgave zo laag mogelijk en creëren we sneller betaalbare woningen. Uit de partijstandpunten die naar voren komen in onze verkenning valt op te maken dat ook een aantal partijen actief met deze volgorde aan de slag wil gaan.
“We roepen het toekomstige kabinet op om deze volgorde leidend te maken in het woonbeleid. Zet in op flexibiliteit, nieuwe woonvormen en het optimaal benutten van de bestaande voorraad. Alleen zo kunnen we de wooncrisis oplossen én onze klimaatdoelen halen”, besluit Gerritse.