Nieuwe DGBC-partner stelt zich voor: Madaster

Hoogwaardig hergebruik van materialen is de norm van de toekomst, volgens Madaster. Weten wat er in een gebouw zit, is essentieel om het later een tweede leven te geven. De nieuwe DGBC-partner verzamelt die data, geeft materialen daarmee een identiteit en maakt inzichtelijk hoe circulair gebouwen zijn.

“We zijn meer dan een materialenregister, Madaster is ook een instrument om met die data de duurzaamheidsprestaties van gebouwen te meten”, legt partnership manager Sander Beeks uit. Hij begeleidt bouwbedrijven, ontwikkelaars, beleggers, ontwerpers en aannemers bij het gebruik van Madaster.  

Circulariteit is een belangrijk onderwerp, maar ook CO2-emissies en losmaakbaarheid. Het Madaster platform biedt waardevolle inzichten op dit vlak. “DGBC stelt daarvoor de kaders, bijvoorbeeld in de vorm van een breed geaccepteerde methodiek voor losmaakbaarheid of doelen voor energie- en materiaalgebruik, Paris Proof Materiaalgebonden. Madaster maakt dat toepasbaar in de praktijk. We brengen bijvoorbeeld de CO2-uitstoot per vierkante meter in beeld. Daarnaast kijken we goed welke duurzaamheidsmaatregelen extra punten opleveren bij een BREEAM-NL certificering en houden we rekening met (aankomende) wet- en regelgeving . Daar nemen we ons netwerk in mee. We zien dat DGBC een goede beweging creëert in de sector om aantoonbaar te verduurzamen. Om dat te stimuleren, maar vooral ook om andere DGBC-partners in staat te stellen om hiermee aan de slag te gaan, zijn we partner geworden van DGBC”, motiveert Beeks.

Circulair op grote schaal

Het Paris Proof Commitment heeft Madaster nog niet ondertekend, maar de organisatie onderzoekt de mogelijkheden. “Ons voornaamste doel is ervoor zorgen dat andere partijen de juiste instrumenten hebben om Paris Proof te worden. We maken de CO2-prestaties van gebouwen inzichtelijk en op basis daarvan kunnen partijen betere ontwerpkeuzes te maken”, licht Beeks toe. Hoewel het platform laat zien of bedrijven op koers liggen naar Paris Proof, blijft het hoofddoel om circulariteit op grote schaal toepasbaar te maken. “Vijf jaar geleden is Madaster ontstaan vanuit de visie van architect Thomas Rau. Hij stelt dat we op een andere manier met materialen moeten omgaan. De gevolgen van schaarse grondstoffen zijn voelbaar en de beschikbaarheid van materialen neemt kritieke vormen aan. Hoogwaardig hergebruik en het toepassen van hernieuwbare grondstoffen moet de norm worden en daarom bieden we een platform waar organisaties vastleggen welke materialen zijn toegepast in een gebouw”, zegt Beeks.

Inmiddels is bijna twintig miljoen vierkante meter bruto vloeroppervlak geregistreerd in Madaster, dat inmiddels operationeel is in zes Europese landen. “En er komen steeds meer landen bij, zodat we de positieve invloed van het platform vergroten.” Een andere reden dat Madaster internationaal actief is, is dat er steeds meer Europese regels voor duurzaam bouwen en investeren zijn. “Neem de EU Taxonomie. We kijken hoe verschillende landen dit toepassen en spelen daar gericht op in. Zo bieden we gebruikers van het platform inzichten die geheel in lijn zijn met de Europese wet- en regelgeving.”

Materialenpaspoort voor elk nieuw gebouw

Als het aan Beeks ligt, beschikt over vijf jaar ieder nieuw gebouw over een materialenpaspoort. “Madaster fungeert dan als een circulair ecosysteem. Een architect begint met een ontwerp, voegt data toe aan het platform en toetst gedurende het proces de prestaties op het gebied van circulariteit en CO2. Er moet een goede registratie zijn van de toegepaste materialen en de potentie voor hergebruik. Daar gaat het uiteindelijk om.” Daarnaast ziet Beeks mogelijkheden om het platform verder te ontwikkelen, bijvoorbeeld met een 3D-weergave van de positieve en negatieve invloed van materialen.

Het kantoor van Madaster is een mooi voorbeeld van circulair bouwen. “Het is een voormalige militaire kazerne, De Groene Afslag in Laren. Het pand zou oorspronkelijk gesloopt worden, maar heeft een nieuwe bestemming gekregen. Vrijwel alle elementen en meubels hergebruikt”, vertelt Beeks. Binnen de organisatie en persoonlijk ziet Beeks ook kansen om verder te verduurzamen: “Nog niet alle collega’s die autorijden hebben een elektrische auto, daarin kunnen we nog stappen maken. Zelf ben ik ook geen heilige, maar ik probeer bijvoorbeeld zo weinig mogelijk vlees te eten en kleding die ik niet meer draag, bied ik aan op een platform voor tweedehands kleding. Voor mij is het belangrijk dat ik dagelijks bezig ben met een circulaire toekomst voor de bouwsector. Het werk dat je doet heeft veel invloed. In een artikel van Rutger Bregman (journalist bij De correspondent, red.) las ik dat je gemiddeld 80.000 uur besteedt aan je werkende leven. Daarin hebben we allemaal een keuze: besteden we die tijd aan een traditionele sector of werken we aan een groene toekomst?”

DGBC-partners

Madaster Nederland

Gerelateerd

BREEAM-NL modulaire updates

Stap voor stap verduurzamen met kleinere updates van BREEAM-NL

EPBD IV verklaard: van NZEB naar ZEB, wat is een Zero Emission Building?

EPBD IV verklaard: van NZEB naar ZEB, wat is een Zero Emission Building?

Youen: “Voorzien in de eigen energiebehoefte is de kracht van de energietransitie”

Youen: “Voorzien in de eigen energiebehoefte is de kracht van de energietransitie”